donderdag 11 september 2008

6. Romeinen 6:1-23

Door de wet is de zonde toegenomen, betoogde Paulus in het voorgaande hoofdstuk, en daardoor ook de genade. ‘Logisch toch’, zeggen sommigen dan, ‘dat we kunnen doorgaan met zondigen, want dan neemt Gods genade toe.‘ (Rom. 6:1)   

Het kan zijn dat er echt gelovigen in Rome waren die dit soort opvattingen verkondigden, maar de woorden klinken meer als een cynisch argument van Joodse christenen die denken dat dit de consequentie is van de opmerking van Paulus dat we zonder de wet, en alleen door geloof behouden worden.   

Paulus ontkent de gedachte categorisch. 'We zijn toch gestorven voor de zonde? Dan willen we daar toch niets meer mee van doen hebben?' Paulus refereert dan aan de doop van de gelovigen. De doop is als een begrafenis waarin de gelovigen zich verenigen met de dood van Christus, waarna de gelovigen met Christus uit de doop/dood opgestaan om op een andere manier te leven. De gelovigen zijn immers samengegroeid met de dood van Christus en dus ook met diens opstanding.(Rom. 6:4-5)   

Paulus roept de gelovigen dan op om niet te zondigen maar zich ten dienste van God te stellen. Het is voor ons onderzoek niet belangrijk om op de details van Paulus’ argumenten in Rom. 6:6-14 te gaan, dus die laten we voor wat ze zijn. Wel is het zinvol erop te wijzen dat Paulus alle gelovigen aanspreekt, ook de Christusvolgende Joden dus, als mensen die dood zijn geweest, maar door Christus leven. Voorheen lieten ze de zonde als koning heersen, nu niet langer.   

Er is geen onderscheid tussen de heidenen en de Joden in hun voorchristelijke leven, zegt Paulus dus.  Joden en heidenen waren dood in hun zonden, en zijn met Christus levend geworden voor God.  Dat is in de doop tot uitdrukking gebracht, die Joden en heidenen in de gemeente op gelijke manier hebben ondergaan.   

Rom. 6:13-14 geeft een belangrijke reden waarom de gelovigen zich ten dienste van God moeten stellen. Dat is, omdat ze dat dankzij het evangelie nu ook daadwerkelijk kunnen doen:   Immers, de zonde zal over u geen heerschappij voeren, want gij zijt niet onder de wet, maar onder de genade.  Onder de wet heerste de zonde over de gelovigen; dor het geloof in Christus niet langer.     

Paulus zei al eerder dat de wet mensen tot zonde drijft; omdat gelovigen met Christus voor de wet zijn gestorven, heeft die wet geen macht meer over gelovigen. Ze leven onder de genade en zijn, zegt Paulus, derhalve in staat om zich aan de heerschappij van de zonde te ontworstelen.   Paulus herhaalt dan cynische vraag die zijn Joodse critici hem wellicht wilden stellen: kunnen we dus zondigen, omdat we niet onder de wet maar onder de genade zijn? (Rom. 6:15) Neen, zei Paulus in Rom. 6:1, en hij zegt dit opnieuw in Rom. 6:15: Volstrekt niet.   

In Rom. 6:16-23 spreekt Paulus opnieuw Joden en heidenen aan in de gemeente en hij maakt opnieuw geen onderscheid tussen die etnische groepen wat betreft hun voorchristelijke leven. Het is interessant om te zien wat Paulus zegt over hun leven van voor en na hun bekering tot Christus. Ik som op wat waarheid is voor Joden en heidenen:   

Voor hun bekering tot Christus: 
Slaven van de zonde (Rom. 6:16-18,20) 
Ten dienste van onreinheid (Rom. 6:19) 
Ten dienste van wetteloosheid (Rom. 6:19) 
Vrij van gerechtigheid (Rom. 6:20)
Schaamte (Rom. 6:21) 
Loon is de dood (Rom. 6:16,21,23) 

Paulus spreekt de gehele gemeente aan in hoofdstuk 6, en zijn bovengenoemde uitspraken gelden dus voor Joden en heidenen zonder Christus. 

Na hun bekering tot Christus geldt het volgende: 
Slaven van de gehoorzaamheid tot gerechtigheid (Rom. 6:17) 
Van harte gehoorzaam aan het overgeleverde onderricht (Rom. 6:17) 
Vrijgemaakt van de zonde (Rom. 6:18,21) 
Ten dienste van de gerechtigheid tot heiliging (Rom. 6:18-19) 
In dienst van God gekomen (Rom. 6:21) 
Tot vrucht uw heiliging (Rom. 6:22) 
Als einde het eeuwige leven (Rom. 6:22,23) 

Al deze termen hebben te maken met het begrip behoudenis, hoewel die term als zodanig in dit hoofdstuk niet voor komt.   Ook wat betreft hun christelijke status, is er dus geen onderscheid tussen Joden met Christus en mensen uit de volken met Christus.   

Joden in die gemeente zouden misschien kunnen denken dat Paulus het vooral tegen de gelovigen uit de heidenen heeft, die waren immers dood en verloren voor hun bekering tot Christus? Paulus maakt duidelijk dat hij het evengoed tegen gelovigen uit het Jodendom heeft. In Rom. 7:1 zegt hij juist expliciet dat hij mensen aanspreekt die de Thora kennen – Joodse volgelingen van Jezus dus.   

In dit hoofdstuk kwamen we het Griekse woord voor allen (pas) en vervoegingen daarvan, niet tegen. Wel het woord voor aldus (houtoos), namelijk in Rom. 6:4,11 en 19. Het is daar vertaald met ... zo ook wij, ... zo moet het ook voor u vaststaan, en met ...zo stelt nu u leden.    

11 opmerkingen:

Paul Miller zei

Een mooi bijbelgedeelte. Onlangs heb ik Willem Vink over Rom.6 horen preken in Amersfoort. Je kunt er van alles mee.
Een goede vriend van mij vroeg zich af hoe het nou zat met de gerechtigheid van God t.a.v. de overleden zondaren, in de zin van zonde in gradatie. Stel, een WOII Nazibeul gaat dood. Die dood is een straf voor zijn zonde, maar daarna is ook hij "rechtens vrij van de zonde" (vers 7). Lekker makkelijk...
Ik wist niet zo gauw waar hij die tekst vandaan haalde en het leek naar een ingewikkelde variant van alverzoening te gaan, dus liet ik het maar rusten,
Zojuist even snel broeder Reitsema erop nagelezen, maar ik snap die tekst nog steeds niet. En John Stott maakt er zo'n mooi en ingewikkeld verhaal van, dat ik de kluts helemaal kwijt raak...

Unknown zei

Dat verhaal van die nazibeul lijkt me van geen stukken te kloppen. Ja, de dood is de straf op de zonde, maar het gaat daarbij niet om de fysiek dood in de eerste plaats, maar de geestelijke dood. Gescheidenheid van God. Die wordt door de fysieke dood niet beeindigd, maar onwrikbaar gemaakt. Dan is er niks meer aan te doen.

Paul Miller zei

Het was een pinksterbroeder nota bene, die al eerder iets dergelijks had gezegd. Joodse schriftgeleerden (welke?) zouden de gedachte hebben geuit, dat het serven in sommige gevallen verzoenende kracht had. Maar inderdaad, daarna niet gezegd pais en vree.
Ik denk dat het gaat over de macht van de aardse zonde. Ook al zijn er visies dat mensen in de hel blijven zondigen, maar daar geen bevrediging uit putten en met de Rolling Stones zla men zingen: I can get NO, satisfaction...

Paul Miller zei

Tja, het lijkt een beetje off-topic, mijn zijsprong, evenals bij het voorgaande hoofdstuk.
Toch zou het mij niet verbazen als het straks terugkomt bij de hoofdstukken 9-11. Ik wil er niet op vooruit lopen, maar christenen die zo extreem Israël minded zijn en zelfs niet willen evangeliseren onder Joden, moeten wel heel creatief zijn in alternatieve wegen te verzinnen voor Joden om toch het beoogde behoud te bereiken. We zullen zien.

Unknown zei

Nou, het idee dat alle JODEN uiteindelijk toch behouden worden, dat hoor je in kringen van vrinden van Israel wel vaker, inderdaad. Maar hoe die dat rijmen met wat we lezen in het geheel van Romeinen 1-8, dat is toch wel knap van ze. Of dom.

Maar laten we de kalmte bewaren ;-) en eerst Romeinen 1-8 mooi afronden. Ik wil nog een keer stevig door wat ik tot nu toe schreef heen lopen, om zeker te weten dat ik geen verkeerde conclusies heb getrokken tot nu toe.

Dus ik begin gewoon weer bij mijn voorwoord ;-)

Ik wil met Romeinen 1-8 bezig blijven tot eind oktober. In November wil ik aan Rom 9-11 beginnen. In December hoop ik Rom 12-16 te doen. Leuk dat je meedoet tot nu toe.

Paul Miller zei

Ja, ik doe graag mee en vind het spannend. Vroeger heb ik veel in Romeinen gelezen en e.e.a. komt langzaam terug. Als je in een evangelische gemeente zit lees je NOOIT de Romeinen brief met elkaar, want dat is veelste moeilijk. Daar komen alleen maar problemen van.
Ik hoop trouwens dat je doorgaat met schrijven op dezelfde maniet (methodiek); lezend zonder al te veel theologische franje. Dat komt later misschien wel. Ik baal ervan dat ik geen Tyndale commentary van Romeinen heb. Ik meen dat F.F. Bruce die heeft geschreven. Dat zou mooi zijn.
Op het gevaar af dat onze exercitie het studentikoze essay niveau niet ontstijgt, gaan we vrolijk verder, I hope.

Paul Miller zei
Deze reactie is verwijderd door de auteur.
Unknown zei

Ik leer er reuze veel van op deze manier - mede door je opmerkingen. Ik ben intussen weer met Watchman Nee bezig, en vraag me vertwijfeld af hoe ik hier als tiener (!) tijd voor had. My goodness, de saaiheid slaat toe.

maar ja, al vanaf het begin doet Mr Nee net of er van geen enkele exegese sprake hoeft te zijn. 'Wij zullen ons onderwerp van de praktische kant bezien', zegt hij in zijn inleidende hoofdstuk 1.

Oftewel - het gaat direct om de persoonlijke toepassing. Hoe kan je Romeinen 1-8 op die manier lezen, zonder eerst te kijken naar de bedoeling van de schrijver in een wat breder verband.

Ik vind het treurig, maar ik weet wel dat de Watchman me weinig meerr zegt. Zijn hoofdstuk over Rom. 7 zal ik binnenkort nog lezen.

Misschien moeten we het hem niet kwalijk nemen - ik sprak een tijdje terug in Londen een dame die de dochter was van de man die al deze boeken van Watchman Nee schreef op basis van diens toespraken. Het boek dat ik in handen heb barst van de herhalingen. Logisch - het is een hutspot van toespraken.

Paul Miller zei

Ik moet terugkomen op een eerdere opmerking van mij, tikje te cynisch was dat, dat in een evangelische gemeente NOOIT de Romeinenbrief wordt bestudeerd.
In mijn boekenkast trof ik een boekje aan van Scripture Union, Romans - Becoming New in Christ (94pag.), dat mijn vrouw ooit heeft gebruikt in een studiekring.
Toch denk ik, kiezen evangelischen eerder voor de Galatenbrief.
Zelfs de Katholieken zou ik van koudwatervrees durven/willen beschuldigen, hoe dwaas ook. Ik heb een prachtige studie over 'Paulus' van mijn Leuvense broeders uit 2004 (VBS/ACCO), smaakvol vormgegeven bovendien. Maar veel uit de Romeinenbrief vind je er niet in terug. Wel een scherpzinnige analyse van de Galatenbrief. Een korte schets (5 pag.) over de Romeinenbrief en dan gaat het over de 'paranese' van de hoofdstukken 12-15. Rare jongens die Katholieken en ook moeten ze postuum die arme Melanchton nog ff een pook verkopen. Het zij zo. Maar verder een prachtig exposé over onze geliefde broeder Paulus.
Nee, dan die moedige F.F. Bruce. Hij schreef een compleet IVP Tyndale commentary vol. Voor een samenvatting verwijs ik naar zijn studie 'Paul - Apostle of the Free Spirit'. Hoofdtsuk 29 is getiteld: The Gospel according to Paul. In dit hoofdstuk komt de Romeinenbrief, naast Galaten en het hele NT, ruim aan bod, evenals in de andere hoofdstukken, en zo hoort het ook. Aanbevolen dus (The Paternoster Press).

Unknown zei

Als ik je lees voel ik altijd dat ik meer boeken moet lezen... dank je ;-)

Paul Miller zei

Ja, en als ik zo schrijf voel ik altijd dat ik minder boeken had moeten kopen, want alles lezen...?????

Nog eentje dan.
In een lezenswaardig PKN-geschriftje over de Romeinenbrief, waar en passant de hoofdstukken 4-8 NIET besproken worden (rare jongens die PKN-ners), wordt in de blibliografie verwezen naar de inmiddels 'Klassieker' geworden kerkgeschiedenis van Dr. Eginhard Meijering (2004). Dit is wat er over staat: "Paulus was wel een origineel denker, maar stond niet op zichzelf. Voor de plaatsbepaling van Paulus in de ontwikkeling van het vroegchristelijke denken is dit een schitterend boek".
Een aanrader dus.
Die mijnheer Meijering is overigens Remonstrants, maar ik lees zijn boeken graag. Bij de tussenevaluatie kom ik er vandaag nog even op terug.