dinsdag 23 december 2008

13. Romeinen 13:1-14

Uiteraard staat niet alles wat Paulus in zijn brief aan de gemeente in Rome schrijft, in het teken van de verhouding tussen kerk en Israel.  Er waren wel meer kwesties aan de orde in Rome, waar Paulus eens even op in wilde gaan.  

Hij zag blijkbaar aanleiding om de gemeente er ook op te wijzen dat Christenen loyale onderdanen van hun land zijn.  Ze onderwerpen zich aan hun overheid, verzetten zich er niet tegen, ze betalen belasting en tol, en betonen de nodige eer aan de overheid.  Dat doen ze niet alleen vanwege de mogelijke gevolgen van ander gedrag – de toorn van de overheid zou dan het gevolg kunnen zijn, maar ook omwille van het geweten.  Christenen weten dat dit soort gedrag gewoon goed is.(Rom 13:1-7)

Probeer wat Paulus zegt overigens ook te zie vanuit de optiek van de Joodse gelovigen in de gemeente.  Die voelden zich verwant met hun familie in Israel; die hoorden verhalen over de bezetting van ‘hun’ land; die wisten dat een opstand broeide.  Voor deze Joodse volgelingen van Jezus in Rome had de benadering van Paulus verregaande consekwenties.  In wezen betekende wat Paulus zei, dat ze zich moesten distantieren van verzet en ongehoorzaamheid.  Dat betekende ook een afstand nemen van elke vorm van Joods nationalisme? Paulus zegt aan de Joodse en heidense gelovigen in de gemeente in Rome, dat de Romeinse autoriteiten het door God aangestelde gezag waren.

In Romeinen 13:9-14 herhaalt Paulus zijn oproep aan de gelovigen om voor God te leven.  Hij zegt eerst dat liefde de vervulling van de wet is, misschien vooral gericht aan gelovigen met een Joodse achtergrond, en daarna dat christenen niet moeten brassen, teveel drinken, niet wellustg en losbandig zijn, misschien vooral gericht aan gelovigen met een heidense achtergrond.  Dit lijkt een reflectie van Paulus' waslijst met zonden uit Romeinen 1.

 

2 opmerkingen:

Paul Miller zei

Mij staat een devote Kerst te wachten, want ik heb nog veel inhaalwerk te doen.
Het zwaard van de overheid komt in elk schoolboek over de Reformatie ter sprake.
Wie is ~of zijn~ er (in Nederland) de baas? De banken of Brussel? De Vlamingen of de Walen? De grachtengordel of de Donners? Wie zal het zeggen...

Unknown zei

Ik denk in het algemeen dat we wat Paulus hier zegt over gehoorzaamheid aan de overheid, niet al te letterlijk moeten lezen. Vergeet niet dat hij het heeft tegen mensen die in een absolute dictatuur leefden waar verzet makkelijk tot de doodstraf kon leiden. Dan kan je maar beter uitkijken en je als nette burger gedragen.

Onze overheid vraagt van ons dat we aangeven wat we zelf willen - demokratie heet dat. Onze overheid vraagt ons te stemmen, desnoods op partijen die de overheid willen laten aftreden. Dus de situatie is wel erg anders dan toen.

Ik denk dat een algemene houding van respect en het volgen van de wet, is hoe we horen om te gaan met de overheid. Maar dat bijv. in WOII vreemde knakkers dit als argument gebruikten om de moffen te gehoorzamen gaat me veel te ver. Die waren niet de wettige overheid.